Kruibeke & Kasteel Wissekerke

Het kasteel van Wissekerke is een waterburcht gelegen in de gemeente Bazel, in een poldergebied aan de linkeroever van de Schelde. De Heerlijkheid Wissekerke was in de feodale tijd één van de belangrijkste van het Graafschap Vlaanderen. Midden 12e eeuw gebouwd, onderging het in de loop der tijden vele wijzigingen. Het kasteel was gedurende eeuwen de hoofdresidentie van de adellijke familie Vilain XIII, die o.a. gedurende 139j de burgemeester van Bazel leverde. Het interieur werd ingericht door Zoé de Feltz, ooit hofdame in het huishouden van Napoleon en later van Leopold I, echtgenote van graaf Philippe Vilain XIIII, afkomstig uit een Gentse adellijke familie, tevens politicus in Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, grootgrondbezitter, industrieel, financier en belangrijke onderhandelaar bij de stichting van het Koninkrijk België. 

Het kasteel, het poortgebouw, de ijzeren hangbrug en de duiventoren werden tot monument geklasseerd in 1981 op advies van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen

In 1832- 1833 werd de toegang tot het kasteel verlegd in westelijke richting. Op die manier raakte de oude kasteeldreef in onbruik en werd de bezoeker niet langer via het neerhof het kasteeldomein binnengeloodst. De nieuwe toegang tot het kasteel wordt gevormd door een monumentaal neogotisch poortgebouw, bestaande uit een tudorboogvormige doorgang met een natuurstenen omlijsting, waarboven de wapenschilden van Philippe Louis Vilain XIIII en zijn echtgenote prijken, geflankeerd door twee vierkante, bakstenen, gecementeerde torens. De kantelen, de schietgaten en de mezekouw op het spitsboogfries verlenen het geheel een militaire indruk. De cementering van het poortgebouw werd na een strenge winter in 1 916 verwijderd. 

Het kasteel staat bekend om zijn ijzeren hangbrug, de oudste kettinghangbrug van Europa, gebouwd in 1824 met houten planken. Ontworpen door Jean-Baptiste Vifquain (1789-1854), een Brusselse ingenieur die in Frankrijk studeerde en in Engeland reisde. Hij gebruikte innovatieve boutverbindingen in plaats van traditionele technieken en bedacht een efficiënte integratie van de hangstructuur met de bakstenen borstweringen. Met een bescheiden overspanning van 20,5 meter is de brug industrieel-archeologisch waardevol. Ze heeft originele kolommen, kettingelementen en leuningen behouden; alleen het loopvlak is vernieuwd. Na restauratie werd ze in 2012 heropend voor het publiek.

De Duiventoren: Een Symbool van Adellijke Privileges

Een opvallend kenmerk van deze site is de ronde bakstenen duiventoren, die mogelijk teruggaat tot het begin van de 16de eeuw. De toren, afgebeeld met een lantaarn op de kegelvormige spits, diende als een symbool van adellijke privileges. Het kweken van duiven was namelijk exclusief voorbehouden aan de adel. De toren bevat nog steeds een indrukwekkend aantal van ongeveer 680 nestholtes, wat de historische functie en het belang ervan benadrukt.

De grootste verandering was de toevoeging van een centrale vleugel, waardoor de voormalige binnenplaats verdween. De kleine constructie met de toegang tot het kasteel, die de oost- en westvleugel verbond, werd afgebroken tot het huidige kelderniveau. De houten brug werd verwijderd en de gracht opgevuld om toegang tot de nieuwe vleugel te vergemakkelijken. Deze vleugel eindigt in het noorden met een afgeronde schermgevel in natuursteen, bekroond door een spitsboogfries en pseudoschietgaten. Vijf spitsboogdeurvensters met trappen leiden naar de ruime vestibule op de begane grond, die exterieur en interieur verbindt. Een vals deurvenster rechts camoufleert het inspringen van de westvleugel. Boven bevinden zich zes spitsboogvensters met blauwe hardstenen dorpels op afgeronde kraagstenen, waarvan het derde en vijfde vals zijn. De nieuwe vleugel is volledig onderkelderd.

Vestibule in directoirestijl met wit- en roodmarmeren bevloering. Witmarmeren monolietzuilen met Korinthische kapitelen. Met stuc versierde fries en aanzet van het licht gebogen plafond. 

Feestgangers en ook filmregisseurs vinden in Kasteel Wissekerke een droomdecor. Een huwelijk, communie of jubileum? Bij de hangbrug, op de trappen, in het park, in het kasteel? Hier zijn duizenden foto’s genomen. Kasteel Wissekerke is een betekenisvolle plek voor heel wat mensen uit Bazel en omstreken. Maar Kasteel Wissekerke is niet alleen een plaats voor feestelijkheden, het is ook een bron van inspiratie voor kunstliefhebbers en historici. De unieke architectuur, historische details en schilderachtige omgeving maken het tot een ideale locatie voor tentoonstellingen, workshops en culturele evenementen. Hier kan men niet alleen genieten van de schoonheid, maar ook van de rijke verhalen en tradities die deze plek tot leven brengen.

Rooksalon in neo-Vlaamse-renaissancestijl

Het opvallendste in dit rooksalon is het stucplafond, verdeeld in geometrische cassementen, afgeboord met festoenen en strikken, waarin schilderijtjes voorkomen. De ronde doeken verwijzen naar de familie Vilain XIIII, de vierkante tonen wapenschilden van de heren van Wissekerke en aangetrouwde families, ontworpen door Georges Vilain XIIII. Het plafond is boven de deur gedateerd op 1907, waarschijnlijk ontworpen in 1906. De wanden hebben hoge eikenhouten lambrisering met imitatiepilasters, kandelabers en rechthoekige panelen, ontworpen door firma Van Herck (Antwerpen). Boven de lambrisering is papierbehang in imitatieleder aangebracht, afgebiesd met lijsten en ferronnerie. Versierde lijsten bevatten portretten van de familie Vilain XIIII en historiserende taferelen van huisschilder Constant Cap. Oorspronkelijke schilderijen, verwijderd bij de verkoop in 1989, zijn later vervangen door kopieën. De bloemen- en vruchtenslingers van stucwerk, beschilderd in eikenhoutimitatie, bekronen het geheel. Blikvanger is een monumentale schouw met marmeren zuiltjes en verwijzingen naar de familie, met op de schouwmantel het jaartal 1906 en de naam De Coene.

In de eetkamer werden schuine wanden met schuifdeuren vervangen door vier driezijdige nissen, bekroond met een halfronde tentdakimitatie gedecoreerd met leeuwenkoppen, guirlandes, arenden en vrouwenfiguren. Twee nissen bevatten mahoniehouten vitrinekasten met spiegelglas voor kristal, porselein en zilver, afsluitbaar met een metalen rolluik. De andere twee hebben spiegels die doorgangen naar de vestibule en kelderkeuken verbergen. De doorgang naar de keuken bestond nog niet in 182?. Pilasters zijn voorzien van bloemen- en bladwerk-kandelabers met verwijzingen naar de familie Vilain XIII, zoals een rechthoekig plaatje met "Xllll" of een gestileerde "V" in een ovaal medaillon. De basissen tonen een netmotief met rozet. Het plafond heeft centraal een achthoekige tentdakimitatie met guirlandes, bladwerk, arenden en een dubbele arendskop met laurier. De rand is afgezet met een golfmeander met antiquiserende taferelen. De hoofdkleuren zijn gebroken wit, zachtgroen en vuilroze.

Zoé de Feltz met dochter Marie-Louise-Victoire, geschilderd door Jacques-Louis David

Sinds 1994 behoort het toe aan de National Gallery in Londen.

Philippe Louis Vilain XIIII, ( Gent 1778-Brussel 1856)ontvangt van Napoleon in 1806 de adelijke titel van luitenant-wolvenjager.Burgemeester van Bazel (1800-1856)

Op 28 juni 1811 werd Philippe Vilain XIIII door keizer Napoleon als ridder opgenomen in het Légion d'Honneur.Op 30 juni 1811 tekent Napoleon het adelsdiploma dat Philippe Vilain XIIII de titel 'Graaf van het Empire' geeft.

Halsketting met oorhangers geschonken aan Zoé door Napoleon in 1811

De kapel, in neo-Vlaamse-renaissancestijl met gotische elementen, werd in 1927 voltooid. De houten lambriseringen met bronzen kruisweg, het tochtportaal met balkon, de versierde deur naar de sacristie, het altaar en het schouwtje zijn ontworpen door de Antwerpse firma Van Herck, die ook het rooksalon verzorgde. Het balkon, toegankelijk vanuit de traphal, werd door de familie gebruikt, terwijl het personeel beneden zat. De wanden en houten kruisribgewelven hebben bepleistering met geschilderde doeken, recent gereconstrueerd. Renaissancistische motieven werden met sjablonen aangebracht in rijke kleuren. De glasramen in de koorsluiting en het stergewelf van het koepeltje, dat zenitaal licht geeft, raakten zwaar beschadigd tijdens bombardementen in de Tweede Wereldoorlog. Hoe de sacristie eruitzag, is onbekend. 

Ronde alkoofkamer met lit bateau

Familie Vilain XIIII wordt betrokken bij rellen naar aanleiding van de voorstelling van De Stomme van Portici in Brussel. Ze vluchten uit Brussel naar het kasteel Wissekerke in Bazel.

Hierna volgen afbeeldingen van de huidige inrichtingen van enkele kamers.

Volgende beelden werden genomen tijdens de rondleiding in de gecontroleerde overstromingsgebieden van de noordkant van de polders in Kruibeke.

Krabbenscheer (Stratiotes aloides)

Krabbenscheer is een altijdgroene voorzomerbloeier. De plant heeft een korte stam met een rozet van stekelige, lijnlancetvormige bladeren. Onderwaterbladeren zijn donkergroen tot wijnrood, bovenwaterbladeren grasgroen. In de winter rust de plant op de bodem, en in de lente stijgt hij door gasgevulde bladeren. De bloeiwijze lijkt op krabbenscharen. Vrouwelijke planten hebben één zittende bloem met een trechtervormige bloemkroon, mannelijke planten drie tot zes gesteelde bloemen die om beurten bloeien. 

In augustus 2022 werd een grote korf met krabbenscheer geplaatst in een zijarm van de Rupelmondse kreek. In België is het een zeldzame, wettelijk beschermde plant, te vinden in de driehoek Gent-Antwerpen-Mechelen. Krabbenscheer heeft een groot drijfvermogen en kan wateren in één groeiseizoen volledig dichtgroeien door vegetatieve vermeerdering via uitlopers. 

De plant heeft allelopathische eigenschappen: het scheidt stoffen af die de groei van organismen zoals zweefalgen remmen. Dit maakt het nuttig in vijvers, waar het algenbloei vermindert en het ecosysteem in balans houdt. Deze eigenschap houdt het water helder en bevordert de groei van andere waterplanten.

Met de stiltetram doorheen de noordkant van de Rupelmondse kreek.

In de 2de helft van de 19de eeuw, toen de rijken zich graag kwamen ontspannen aan de Rupelmondse Kreek, bouwde bankier en steenbakker Waterschoot op zijn favoriete visplaats dit paviljoentje. Na WOI werd het gebouw gebruikt als kleinschalig landbouwbedrijf. Vandaag is dit een schuilplek en infopunt toegankelijk voor iedereen.

Fotograaf van dienst was Patricia.

Maak jouw eigen website met JouwWeb